Jelle de Boer emigratie naar Argentinië

Met enkele andere gezinnen uit Koudum vertrok ook het gezin van Jelle de Boer op 25 september 1989 met de ss Schiedam naar Argentinië.[1]  Van 1882 tot 1888 was De Boer kastelein in het logement dat nu bekend is als Spoorzicht. Mogelijk gaf hij (of anders een van zijn opvolgers Terpstra of Quarré) de naam Spoorzicht aan het omstreeks 1870 gebouwde logement dat nu nog steeds Spoorzicht heet (zie de pagina over café Spoorzicht). Tegenwoordig is de spoorlijn Stavoren – Sneek, aangelegd tussen 1883 en 1885, vanaf de plek waar Spoorzicht staat niet meer te zien.

Jelle de Boer is in Koudum geboren op 25 april 1855. Zijn vader was Tjebbe Baukes de Boer en zijn moeder Hendrikje Franzes Haarsma. Hij trouwde in Koudum op 25-jarige leeftijd 1880 in Koudum met de twintigjarige Reinskjen van der Hoff die in 1859 in Harich geboren was. Als beroep staat molenmaker bij de bruidegom aangeven, net als bij de aangifte van het eerste kind, dochter Hendrikje die op 7 mei 1881 geboren werd. In 1882 werd Jelle de Boer de derde logementhouder of kastelein van Spoorzicht, als opvolger van logementhouder Schuak.

Jelle de Boer was, in ieder geval in de zeventiger jaren van de 19e eeuw, een goede (regionale) wielrenner. Hij won prijzen in menige wielerwedstrijd, toen ‘hardrijderij der vélocipèdes’ genoemd.[2]

Prov Overijsselsche en Zwolsche Courant 5-9-1874

Vlak nadat De Boer in 1882 ‘Spoorzicht’ had overgenomen, werd zoon Durk geboren, maar dat kindje overleed drie weken laten. In 1884 kwam dochter Trijntje en twee jaar later dochter Durkje. In 1887 werd zoon Tjebbe Bauke geboren.

Wat er mis is gegaan met het uitbaten van het café is niet duidelijk, maar in ieder geval is Jelle de Boer eind 1887 of begin 1888 failliet gegaan. In de Leeuwarder Courant van 25 januari 1888 worden de schuldeisers van kastelein en winkelier Jelle de Boer opgeroepen om naar het Paleis van Justitie te komen “ten einde de bijeenkomst tot verificatie der schuldvorderingen ten laste des Gefailleerden bij te wonen en hunne pretentiën in te leveren.” Het is niet bekend of de schuldeisers bij deze gelegenheid nog hun geld teruggekregen hebben.

Leeuwarder Courant 25-1-1888

Dit faillissement zal voor Jelle de Boer in ieder geval (mede) aanleiding zijn geweest voor het besluit om met zijn gezin naar Argentinië te vertrekken. Op de reis naar Argentinië op de ss Schiedam deelde de familie De Boer een hut met het eveneens uit Koudum afkomstige gezin van Jan Cornelis Koornstra[3]. In een brief van 27 september 1889, het schip ligt dan voor de Franse stad Boulogne, schrijft deze Koornstra: “We zijn met J. de Boer in de hut. De Koudemers liggen allen naast ons. De hutten zijn klein doch mijn vrouwtje redt er zich zeer goed in.”[4]

Op 30 oktober arriveerde de ss Schiedam in Buenos Aires. Jan Cornelis Koornstra schrijft in een brief van 2 november 1889 dat ze in het emigrantenhotel zitten en dat de Koudumers vandaar verschillende kanten op gaan. “Wij gaan naar Chacabuco […]. Jelle de Boer en Rein Kuaree [Quarré] gaan naar de La Plata.”[5]

De emigratie van de familie De Boer naar Argentinië werd geen succes. Blijkens een bericht op de website van Warkums Erfskip[6] is de jongste dochter Durkje, geboren op 20 juni 1886 tijdens de reis overleden.[7] Verder staat daar: “It grutte aventoer wie ien grut drama wurden. Mei it gouden earizer koene se de weromreis noch bekostigje en de famylje krige in telegram, dat se yn Rotterdam op de kaai stiene. Se hiene neat mear, gjin iten, gjin hús en gjin jild. Oerpake Jouke de Boer hat doe in húske foar harren regele yn Koudum.”[8]

Wel werd in Argentinië, in La Plata, op 21 april 1890 een dochter van Jelle en Reinskjen geboren. Zij kreeg de opvallende naam Theodora Anastasia.

Wanneer precies het gezin De Boer weer uit Argentinië naar Nederland teruggekeerde, is niet bekend, maar dat moet vóór september 1892 gebeurd zijn. Op 5 september 1892 werd namelijk in het dorpje Charlois (sinds 1895 een wijk van Rotterdam) dochter Maria geboren. Deze Maria heeft slechts iets meer dan een week geleefd, ze overleed op 14 september 1892. Op 18 juli 1893 is het gezin De Boer (vader Jelle, moeder Reinskjen met de kinderen Hendrikje, Trijntje, Tjebbe Bauke en Teodora Anastasia) vanuit Charlois weer teruggekomen naar Koudum.

Terwijl Koudum voor het grootste deel protestants was, was het gezin De Boer katholiek. Dat verklaart mede een groot kindertal in dit gezin. Na terugkomst in Koudum werden er tussen 1893 en 1903 nog eens zeven kinderen geboren: Maria (24-10-1893; ook deze Maria overleed vroeg, op 14-01-1894), Dirk (29-01-1895), Frans (22-08-1896), Marijke (16-12-1897), Sjouke (30-09-1899), Bauke (04-12-1900) Regina (23-12-1903). Als beroep van vader Jelle de Boer wordt achtereenvolgens arbeider, venter, vrachtrijder en werkman genoteerd.

Op 26 oktober 1920 verhuisde Jelle de Boer met vrouw Reinskjen en de kinderen Bauke, Trijntje en Theodora naar Bolsward. In Bolsward overleed hij op 27 mei 1928. Zijn vrouw Reinskjen van der Hoff overleed twee jaar later.

 

Bidprentje bij het overlijden van van Jelle de Boer

 

[1] Inleidende informatie over de emigratie naar Argentinië (van Koudumers) in 1889 op de pagina ‘Emigratie van Koudumers naar Argentinië eind 19e eeuw’.

[2] Zie ook de pagina over ‘Wielersport van toen’ op deze website.

[3] Meer over deze Jan Cornelis Koornstra op deze website: https://historisch.koudum.nl/index.php/familiealbums/familiealbums-k-l/jan-cornelis-koornstra-1850-1898-pagina

[4] https://www.hvnf.nl/genealogie/emigration/Nederlands/Argentinie/Koornstra/Brief1.htm

[5] https://www.hvnf.nl/genealogie/emigration/Nederlands/Argentinie/Koornstra/Brief4.htm Het is niet duidelijk waar dit ‘La Plata’ precies gelegen was.

[6] De opmerking wordt gemaakt door Michiel Galama van It Heidenskip en staat op de website van Warkums Erfskip, op de pagina ‘Fotoalbum van de familie De Boer-Postma’,  http://www.warkumserfskip.nl/id363.htm [24-6-2024]

[7] Wanneer Durkje de Boer overleden is, is niet bekend. Haar overlijden wordt – in tegenstelling tot het overlijden van andere kinderen uit Koudum – niet aan het bevolkingsregister van Hemelumer Oldeferd gemeld door de kapitein van de ss Schiedam. Mogelijk is de driejarige Durkje de Boer overleden tijdens de reis in Argentinië naar een bestemming. De naam van Durkje de Boer staat er niet bij als het gezin van De Boer na terugkomst in Koudum in 1893 weer ingeschreven wordt bij de gemeente Hemelumer Oldeferd.

[8] In het Nederlands: Het grote avontuur was één groot drama geworden. Met het gouden oorijzer konden ze de terugreis nog bekostigen en de familie kreeg een telegram, dat ze in Rotterdam op de kade stonden. Ze hadden niets meer, geen eten, geen huis en geen geld. Overgrootvader Jouke de Boer heeft toen een huisje voor hen geregeld in Koudum.