Jouke en Marie van der Veer; Bakkerij

Jouke van der Veer (1901 - 1993), bakker te Koudum, zoon van Sjouke van der Veer (1876 - 1940) en Feikje Wouda (1876 - 1966). Jouke trouwde met Marijke (Marie) Visser (1904 - 1992), dochter van Durk Wabes Visser en Ybeltje Schakel. Jouke en Marie kregen een kind: Sjouke.

Sjouke van der Veer in de Hoofdstraat, en rechts met zijn ouders Jouke en Marie.

Marie met Sjouke voor de bakkerswinkel waar ook ijs verkocht werd. De andere is naast de bakkerij genomen. V.l.n.r.: Marie, haar zus Tiete, Anne Finnema (sútelder) en Annigje Bajema. Foto afkomstig uit de nalatenschap van Sybren en Tiete de Jong.

Deze foto is genomen voor de bakkerswinkel van Van der Veer - Centrale Bakkerij- waar toen nog Joukes ouders de scepter zwaaiden. In de deuropening staat Feikje Wouda, de vrouw van bakker Sjouke van der Veer. De jongen met de pet is Douwe Ringma en de schilder die het pand onder handen heeft is Hessel van Romke Boukes de Jong. Het tafereel draait om Willem de Boer en zijn groentekar met biologische hulpmotor, die onder de kar deels zichtbaar is. Het lijkt wel of Willem een noodstop heeft gemaakt. De negotie hangt overboord en de aardappels liggen in de goot  (foto ingestuurd door Wouter van de Molen, afkomstig van Jouke van der Veer uit Italië).  Jouke en Marie namen omstreeks 1940 de Centrale Bakkerij aan de Hoofdstraat nummer 11 over van zijn ouders, voorheen was dit bakkerij Mensonides.

De Titan gaat het maken in 1939, toen er een nieuwe oven is geplaatst in de bakkerij van Jouke van der Veer aan de Hoofdstraat op nr. 9. Van links naar rechts: Minze (van der Veen ?), Gerrit Klijnstra, Jan Klijnstra en Jouke van der Veer. Op de rechter foto Jouke van der Veer, dan 38 jaar, met zijn zoon Sjouke van 11 jaar (foto's ingestuurd door Wouter van der Molen, die ze kreeg van Jouke van der Veer uit Italië). 
Minze kon beter bakken dan rekenen. Toen hij op moest voor het Middenstandsdiploma was er een vraag over een bakkerij. De bakker maakte steeds meer omzet en moest eigenlijk uitbreiden en zijn zaak verbouwen en daar moest aan gerekend worden. Maar Minze snapte niet hoe hij dat moest berekenen en schreef als antwoord: Het is beter om maar niet te verbouwen

 

 

Na Van der Veer kwam Keuning als bakker in het pand en vervolgens Hendrik van der Molen. Zijn zoon Wouter van der Molen was voorlopig de laatste bakker aan de Hoofdstraat nr. 11.