Hampden Crash 1942

In de vroege ochtend van 3 juli 1942 werd het dorp Koudum opgeschrikt door de crash van een geallieerde bommenwerper. Het vliegtuig, een Canadese Hampden met serienummer AE 248, was enkele uren eerder vanaf het Britse vliegveld Waddington opgestegen voor een bombardementsmissie naar Bremen. Al op de heenreis werd het vliegtuig onderschept door een Duitse nachtjager van het vliegveld Leeuwarden.

Impressie van de Hampden AE 248.

Door de plotselinge nachtelijke beschieting boven de Friese Zuidwesthoek explodeerde de Hampden. Eén vleugel van het toestel werd afgerukt en kwam neer bij de boerderij van de familie Martens, thans Kerkhoflaan 12 in Koudum. Het grootste gedeelte van het wrak stortte neer op de plek waar nu het woonzorgcentrum De Finke is gevestigd, ong. 500 meter ten zuiden van de kerk.

John Waddington, Sgt. J. N. Waddington.

Bob Whytock, Sgt. R. W. R. Whytock.

Bobby Williams, Sgt. R. O. Williams.

Bij de crash vonden drie van de vier bemanningsleden de dood. De stoffelijke resten van de sergeanten Robert Oscar Williams (navigator), Robert William Rowland Whytock (radiotelegrafist-boordschutter) en John Noel Waddington (radiotelegrafist-boordschutter) werden in 1942 met militaire eer in Koudum begraven. Hun graven zijn nog altijd op de Algemene Begraafplaats te vinden.

Kingsley Brown, Lt. K .E. Brown.

De beroemde tv-serie Colditz is mede op het boek van Brown gebaseerd.

De vierde man, piloot Kingsley Ewart Brown, had meer geluk en kon het navertellen. Als door een wonder raakte hij nauwelijks gewond en kon hij zich met zijn parachute in veiligheid brengen. Hij landde op het dak van een huis te Molkwerum. Omdat de personen die zich in Molkwerum over hem ontfermden, geen kans zagen hem snel te verbergen werd hij, zoals zijn instructies voorschreven, overgedragen aan de autoriteiten. Via Leeuwarden en Amsterdam belandde hij in het grote krijgsgevangenkamp Stalag Luft III nabij Sagan in Silezië, in het huidige Polen. In 1989 legde Kingsley Brown – die zowel voor als na de oorlog als journalist werkzaam was – zijn ervaringen vast in het boek Bonds of Wire.

Op 3 juli 2012, precies 70 jaar na de ramp is in Koudum het 'Fleanmasine Monument' onthuld door Mary Bethune, verloofde van Bobby Williams, en burgemeester Hayo Apotheker van Súdwest Fryslân.

Reportage van Studio Sudwest:

Reportage van Omrop Fryslân:

 

21 juli 1942, de Koudumer jeugd inspecteert het gat dat door de crash was ontstaan. De jongen in de kuil rechts, met de donkere korte broek en geruite bloes is Hendrik, zoon van Douwe en Geeske de Jong. De jongen voorovergebogen rechts naast Hendrik is waarschijnlijk Piebe de Vlucht. Na de crash is een explosief uit de Hampden door Duitse militairen tot ontploffing gebracht in een weiland richting Galamadammen. Hendrik de Jong bewaarde zijn leven lang een bomscherf die hij vond na die ontploffing. Het moet afkomstig zijn van een zware bom. Het materiaal is meer dan 12 mm dik. Hendrik heeft de scherf op 17 dec. 2019 overgedragen aan Historisch Koudum.