Jacobus van der Waeyenstraat

De naamgever van de Jacobus van der Waeyenstraat was grietman van Hemelumer Oldehaert en Noordwolde, voor de absurd lange termijn van bijna 55 jaar, van april 1688 tot januari 1743. Zijn vader Johannes (1637-1701), predikant en hoogleraar, kwam uit een familie van Amsterdamse kooplieden en was bijzonder rijk. Hij kocht de grietenij min of meer, door in de meerderheid van de dorpen de meerderheid van de stemmen op te kopen. Het stemrecht was destijds verbonden aan onroerend goed. Jacobus (1666-1743) zat dus als een vorst op zijn troon en hij stond vooraan in de rij als het ging om het verdelen van lucratieve bijbaantjes. Bovendien was zijn ambt op deze wijze veel geld waard. Zijn opvolger Van der Haer betaalde 90.000 gulden om grietman te kunnen worden. Van der Waeyen woonde met zijn gezin op Grovestins dat hij destijds voor 5300 gulden kocht van de erven van Gellius Jongestal de vorige grietman. Als zijn verdienste geldt de inpoldering van het moerassige land onder Nijega (Elahuizen). Van der Waeyen was gedeputeerde van Friesland, gecommitteerde van Friese rekenkamer, afgevaardigde ter Staten-Generaal en lid van de Raad van State. Voor hij grietman werd zat hij in het stadsbestuur van Franeker en was hij raadslid van de admiraliteit in Harlingen. De straatnaam is toegekend in 1962.

Gezien het wasrekje bij nummer 19 zijn deze foto's op dezelfde dag gemaakt.