De zwarte tegen de witte ploeg, de predikanten en een versterkt doktersteam, voetbalden ten bate van Het Groene Kruis te Koudum, op 17 augustus 1960 in de Dobbe. Staand v.l.n.r.: Harsta, Bloem, Tammeling, Wierenga, Koole, De Wolf, Gilhuis, Dekker, Overdulve, Overduin, Van de Schoot , Verdonk en Hoogsteeen. Gehurkt v.l.n.r.: De Vries, Schaap, Teunissen, Pasma, Oudeboom, Niemandsverdriet, van der Zee, Meijer, Tilstra, Mudde, Piersma, Oosterhout en Westra. Foto beschikbaar gesteld door mevr. Oosterhout-Brouwer.
Yn de Balkster fan 20 augustus 1960 stiet in ferslach fan de voetbalwedstriid tusken de dokters en de dominees. De kop is: Veel sensatie bij unieke voetbalwedstrijd te Koudum met een overweldigende belangstelling Oud-minister Mansholt onder de toeschouwers. De dokters wonnen met 4-2 en er waren 2000 bezoekers en de wedstrijd bracht netto 900 gulden op voor het Groene Kruis. Tammeling en Meijer waren de aanvoerders. In een artikel een paar edities eerder werd de wedstrijd aangekondigd, volgens dat artikel zouden de zusters Posthumus en Slump als grensrechters optreden.
Op 'n avond in augustus traden op een Koudums veld een aantal hoge heren, twee-en-twintig welgeteld. Veel dominee's, één tandarts, en doktoren voor mens en dier, burgemeester, secretaris en notaris trof men hier. Ze zouden laten zien, wat voetballen wel was, de foto werd gemaakt en 't Groene Kruis gaf de eerste pass. Refrein: Hup, dokters hup, laat die dominee's in hun hemdje staan, Hup, zielzorgers hup, laat de dokters vlug ter ziele gaan. Hup, heren, hup, trek je van het plebs niets aan; de elite van de Zuidwesthoek, kèn de hele wereld aan.
Nu, was het - laat ik biechten - mijn bedoeling steeds geweest de rust goed te gebruiken voor een versje bij dit feest. Maar toen dan na een hallef uur de rust het aanschijn zag was 't wel zover dat ik bijkans op apegapen lag. Al was de eerste goal dan door de dominee's gemaakt, 't vervolg had mij zo uitgeput, dat 'k het dichten heb gestaakt.
Zo kan ik dan slechts zingen van 't begin en van het slot, en van de voor het Groene Kruis verbazend grote pot. 't Plezier was groot en ook het aantal toeschouwers viel mee. Behalve de verliezers was dus iedereen tevree. De eindstand was vier-twee en toen konden we eten gaan,
Nu nog in 't laatst couplet de andere sterren van het veld: wat heeft die arme scheidsrechter zich dapper afgekweld. Hij holde altijd mee van goal tot goal en dan weer terug, maar had in zijn twee grensrechters een steuntje in de rug. Het commentaar van Lugtigheid, dat heb ik niet gehoord, alleen 't begin....'t was ouderwets....hij kletste onverstoord.
ds. Dekker.
![]() |
![]() |