Dagboek Douwe H. de Jong, mei 1940

Dagboekfragment uit de meidagen van 1940, van Douwe H. de Jong (1902-1970), bouwkundige, raadslid en wethouder van H.O.N.

Tussen rechte haken enkele toevoegingen van Jelle de Jong, die het stuk klaargemaakt heeft voor publicatie.

Vrijdag 10 mei 1940, In de nacht van 9 op 10 Mei 1940 om ± 2 a 3 uur werden wij wakker door het geronk van zware vliegtuigen, ik ben voor het raam geweest, maar kon niets ontdekken. Nog verschillende malen hoorden wij zwaar geronk, een angstig voorgevoel kwam over mij, doch het ergste wil de mensch niet aan, en denkt nog altijd dat ons vredige Nederland en oorlog niet te verenigen zijn. Om half vijf hoorden wij gebulder, ik ben voor het raam geweest, doch de ontwakende natuur was zoo rustig en vredig, dat ik mij nog een oorlog niet kan voorstellen. Daar mijn vrouws vader S. v.d. Bank zeer ernstig ziek was, en wij de gepasseerde avond laat noch naar Warns waren geweest, was onze slaap niet al te rustig geweest, en nu telkens weer wakker, zodat wij nadien sliepen tot ongeveer kwart voor zeven, toen onze broer Tjeerd mij belde en vertelde dat Duitschland ons land was binnen getrokken, tenminste was telkens voor de radio geweest, dat bemande parachutes overal in N. en Z. Holland waren neergekomen. Onze eerste verzuchting was "O Almachtige God" wees ons en ons arme volk genadig, met bleeke gezichten ging ieder naar buiten en besprak dit gevreesde doch onbegrijpelijke feit, doch toen ik bij onze buren Johannes Bijlsma de radio ging beluisteren werd ons maar al te duidelijk dat wij in staat van oorlog zijn met Duitschland. Nu wil ik hier niet opschrijven wat wij voor de radio vernamen enzoovoorts, maar in hoofdzaak, wat mijn persoonlijke belevingen zijn in deze angstwekkende dagen. Deze vrijdag ging overigens, tenminste na wat later kwam, nog al rustig voorbij, de boeren en de neringdoenden deden hun werk dat moest doorgaan, maar overigens liep ieder maar rond, omdat men wist dat de Noordelijke Provincies, geen groote versterkingen bezitten. De sluizen staan open en het boezemwater rijst. De nacht die volgt is rustig voorbij gegaan en hoewel onze slaap niet zoo rustig, door al de angstige gedachten die door onze hoofden gaan, was, zijn wij niet gestoord.

Zaterdagmorgen 11 mei, Ik ben naar Warns geweest, en bevond schoonvader iets rustiger, doch zwakker.  De vrachtauto’s die vorige avond naar Leeuwarden moesten, zijn overhaast terug gekomen, en Pieter de Boer en Rienk de Jong vertelden, dat zij moesten boter laden bij Frico te Leeuwarden en daarmede naar Amsterdam rijden, zij waren van de laatsten en moesten te Harlingen terug, en hebben in Leeuwarden snel uitgeladen en konden maar net naar hier terug, daar op verschillende plaatsen achter hun de bruggen werden opgeblazen. De Duitschers waren toen al bijna in Leeuwarden.  Toen ik om ± 11 uur de buurt in ging , kwam burgemeester Reitsma mij tegen, die mij verzocht naar het gemeentehuis te gaan om orders, om de bevolking te animeren tot het huisvesten van vluchtelingen uit Makkum. Bij mijn terugkomst van het gemeentehuis, vertelde Wabe Pieters Visser mij dat hij naar Lemmer was geweest, waar hij nog voor f.1000,-- meubels op het tramstation had staan, hij in Lemmer de Duitschers in vrachtauto’s moest passeeren, hij was blij dat ze hem ongemoeid lieten teruggaan. Om halftwee op het gemeentehuis kreeg ik met P. J. de Jong (directeur zuivelfabriek) onze buurt, wijk 7 en 8 van de luchtbescherming (zelfbescherming) waarvan wij wijkleiders zijn te behandelen, waarbij wij de adressen noteerden van menschen die onderdak aan vluchtelingen kunnen verleenen, inmiddels zijn al verschillende menschen uit Makkum aangekomen, als wij hiermede bezig zijn , arriveren hier om kwart over twee enige vrachtauto’s met Duitschers, direct worden overal de fietsen opgevorderd, ook de mijne waarbij ons wordt gezegd dat om half zeven bij Hotel v.d. Meer, hier een bon voor gehaald kan worden. Dus zijn wij nu onder Duitsch bezet gebied, het gaat zoo vlug dat wij ons niet alles kunnen realiseeren. Het bericht dat Koudum bezet is, houdt de vluchtelingen vanuit Workum voor een deel tegen. Verschillende vrouwen willen geen mannen laten gaan om een bon voor hun fiets te halen. Ik meen echter dat, hoewel wij ons niet noodeloos in gevaar behoeven te begeven, de Almachtige ons alleen kan bewaren, en dat Hij ook al onze gangen bestuurt. De ritmeester die de bonnen afgaf was zeer correct en trad met verschillende dingen in overleg met de burgemeester, ik gaf op dat mijn fiets f 35,- waard was, en kreeg een bewijs voor 52 mark. Ook deze nacht verliep rustig. 

Zondag 12 mei, Een Pinkster als deze hebben wij noch nooit beleefd, er was om 9 uur dienst in de kerk en deze was zooals te begrijpen was niet bezet, toch waren nog velen opgekomen, om vertroosting bij het woord van God te vinden. Dominee Aalders bepaalde onze aandacht bij een tekst uit Galaten 5:16 n.l. “Wandelt door den Geest, en volbrengt de begeerlijkheid des vleesches niet”. Hij zei: wij moesten “de begeerlijkheid des vleesches” in het praktische thans zoo zien, dat wij rustig moesten zijn in de benarde toestand waarin wij verkeeren in vertrouwend opzien tot God, maar wandelen door den Geest met volle overgave. Er was bevestiging in het ambt van diaken Willem Thijses de Boer ter vervanging van Hendrik Wiersma die in militaire dienst is. De predikant deelde nog mede dat hij van Wiersma in het begin der afgelopen week nog een brief had gekregen, waarin hij schreef over de donkere toekomst die misschien te wachten stond, maar zich had vertroost aan het gezang,"Rust mijn ziel, uw God is koning". Op het einde der dienst haalde de burgemeester de gemeente-secretaris Pieter de Jager op, en verzocht dominee mede te deelen dat de gevorderde fietsen teruggehaald konden worden. Van 10 uur af was er hevig kanonvuur uit de richting Stavoren, later vernam ik dat er Ned. oorlogscheepjes voor Stavoren lagen, waarvan één ("Friso") verscheidene schoten heeft gelost, één daarvan was gericht op de veerboot en raakte deze midden bij de machines of de ketels. Uit de kerk gekomen stond bij Hotel v.d.Meer, de groep Duitsche wielrijders klaar voor vertrek, er stond ook een groepje Nederlandsche krijgsgevangen met een Ned. sergeant wielrijders, deze werden van levensmiddelen voorzien door de Koudumers. Een groep cavalerie die deze nacht waren gekomen, verzamelde zich eveneens met haar verschillende legerwagens. Er verscheen een legerauto met een majoor die de hier bevelvoerende ritmeester orders gaf, waarna alles met elkaar vertrok naar richting Galamadammen, de Duitsche soldaten vertelden dat zij naar Scharsterbrug moesten. Hierna kon elk tegen inlevering van zijn bon bij de gemeenteambtenaren, zijn fiets weer krijgen. Al spoedig kwamen toen vluchtelingen uit Stavoren en Molkwerum, het schieten is echter voor twaalf uur weer afgelopen. In de middag rijden vanaf Workum telkens legerauto’s, legerwagens, motorrijders en veel cavalerie naar hier, de cavalerie gaat over Galamadammen en de auto’s naar Stavoren over Molkwerum. Ik zet onze fietsen gepakt met wat dekens, kleeren en eten klaar, opdat wij desnoods kunnen vluchten. Wij slapen deze nacht gedeeltelijk gekleed, de nacht gaat behoudens een weinig vliegtuig geronk rustig voorbij, hoewel er veel Koudumers met booten, schepen op de meer zijn gevlucht.

Maandag 13 mei, Via een melkauto van Workum gaat een bericht, dat Makkum door de Duitschers is veroverd en dat in Workum een groot 100 tal Ned. Krijgsgevangen zijn aangekomen. De Duitsche soldaten gedragen zich over het algemeen correct, de bevolking wordt niets in de weg gelegd, zoodat ik besluit naar Warns te fietsen om schoonvader te bezoeken, temeer waar verschillende gevluchte boeren van Stavoren en Molkwerum weer daarheen zijn geweest te melken. Ik fiets ongehinderd naar Warns en bevind vader iets beter, overal Duitsche militairen. De Molkwerumers worden aangeraden, vooral de mannen, weer naar hun huizen te gaan, dan kan elk op zijn eigendom passen. In de namiddag begint hevig vuren uit de richting Makkum of Cornwerderzand, de afstand is te ver om iets te zien. Tegen de avond komen enkele Makkumer mannen terug, die in Makkum hun eigendom zijn gaan bezien. Er wordt door de Duitschers met kanonnen, opgesteld bij het kerkhof op Cornwerderzand geschoten, Makkum was weinig beschadigd, echter hadden de Makkumers die gebleven waren, gister bij de geheele dag en elders gezeten vanwege lucht gevaar. Het vuren houd aan tot ongeveer 9 uur, in de nacht niets gehoord.

Dinsdag 14 mei, Het is gelukkig niet zoo koud meer, een mooie dag, om ongeveer 8 uur begint weer kanonvuur gebulder richting Makkum of Cornwerderzand. Mijn broer Tjeerd vertelt mij, dat een oom van Sjoerdje [Sjoerdje de Jong-van der Weerd, vrouw van Tjeerd.], gedood is te Makkum, hij ging tegen Ned. bevel in naar zijn schapen zien, waarbij hij op een landmijn trapte en gedood werd.  Zoo nu en dan wat geschutvuur uit richting Makkum.  Omstreeks 9-10 uur zeer zwaar kanongebulder uit de richting Breezand. Ik beluister zoo nu en dan de radio in het huis van moeder, die zolang maar bij ons is, plotseling komen er soms berichten en hoewel zij vaak weinig zeggen, heeft men toch behoefte eens te hooren, hoe het er voor staat. Om ongeveer half twaalf was er een A.N.P. bericht , waarin een samenvatting werd gegeven over de toestand in Nederland. De noordelijke Provincieën in Duitsch bezit, de vijand staat voor de Hollandse Waterlinie, in Brabant de toestand onoverzichtelijk. De afsluitdijk is aanval op afgeslagen. (Den) Helder, de Hollanden, Zeeland, Noord-Rotterdam vast in Ned. handen. Mijn verzuchting als "ik hier alleen bij de radio zit" en dat in 3 dagen oorlog wij kunnen alleen op God vertrouwen, die uitkomst kan geven in elken nood. Als ik zoo alleen zit, schrijf ik deze gebeurtenissen zoo nu en dan op, om als wij ook dit alles mogen hebben doorgemaakt, deze herinnerings die ons dan misschien nog alleen als een bange droom voor ogen staan, nog eens te binnen te brengen. Vanmorgen heb ik maar op order van van Asperen mijn gewone wekelijkse loop gedaan, het ophalen van de electrische stroomgelden van de menschen die bij de week betalen, er was een winkeltje waar men mij wou betalen met marken die daar waren ontvangen van Duitsche soldaten, ik heb dit eerst maar niet ontvangen, daar ik hierover eerst inlichtingen wil hebben. De burgemeester geeft order, op last van de Duitsche Militaire overheid, dat men zich tusschen een half uur na [zonsondergang] en een half uur voor zonsopgang niet op de straat mag begeven, verduisteringsbepalingen enzoovoorts blijven allen geldig. 

Woensdag 15 mei, Had gistermiddag noch enkele boodschappen gedaan, hier en daar de verschillende geruchten en belevenissen aangehoord , waarbij men van alle verhalen het beste doet 80% voor fantasie aan te nemen. Er werd nog aangeplakt dat de provincie zilverbons zal uitgeven en dat via de Friesche bank weer geld zal loskomen. Het luchtruim was nu en dan vol vliegmotoren gebrom. In de avond werd ik opgeschrikt door een A.N.P. bericht voor de radio, dat Rotterdam zwaar was gebombardeerd en Utrecht dreigde ook vernietigd te worden, waarom de opperbevelhebber van land en zeemacht Winkelman order heeft gegeven, de strijd te staken. De ontsteltenis is groot van dit bericht, maar nog is er twijfel of dit geen valsch bericht is. Deze meening wordt iets sterker doordat in de avond nog zwaar gebulder van de IJsselmeer klinkt. Het is een bange avond, voor mij tot nu de meest benauwende, het offer voor ruim 4 dagen verdediging met dit resultaat lijkt te zwaar. Moge God ons licht geven. Er is zwaar gevochten voor de afsluitdijk, volgens geruchten moeten de Duitschers vannacht bij Stavoren ergens het IJsselmeer overtrekken, hetwelk onder vuur der torpedojagers van Nederland, mij niet gemakkelijk lijkt. Als tenminste het bericht per radio niet waar blijkt te zijn. In de avond laat trekken nog infanterietroepen en vliegmachines over langs naar Stavoren. Echter hooren wij deze dezen nacht geen kanon meer.  Ik schrijf deze stukjes alle meestal een dag later, als ik eens weer tot een beetje rust ben gekomen, het gemoed is soms zoo vol, dat je hoofd lijkt te barsten van al de gedachten die zich daar dooreen mengen. Het komt ook daarvan lijkt mij , dat het slapen, tenminste voor mij, goed gaat, vooral het eerste gedeelte van de nacht slaap ik zeer diep, om wanneer die behoefte bevredigd is, verder telkens wakker te worden van de gedachten die zich dan weer vermenigvuldigen. Het radio bericht van gisteravond 14 Mei blijkt wel juist te zijn, er wordt behalve in Zeeland niet meer gestreden. Het moet er in Rotterdam verschrikkelijk uit zien. De vluchtelingen uit Makkum enz. vertrekken vandaag voor het meerendeel, de mannen waren al eerder terug geweest. De stemming in het dorp is verslagen en eenigzins bitter. Engeland’s hulp blijkt tot nu miniem te zijn geweest. Dat de regering vluchtte werd door de man van de straat als een zwakheid beschouwd. Het Mulo hoofd die zich Zaterdag reeds in het Duitsch zeer vriendelijk met de Duitsche officieren onderhield wordt geschouderd en voor hem is niet veel achting meer. Er wordt door de Duitsche soldaten in de winkels veel gekocht aan vooral versnaperingen, zij schijnen marken in overvloed te bezitten. Er wordt ongeveer gerekend 1 gulden 1½ mark, maar ik heb het vermoeden dat de Duitschers het hier spotgoedkoop vinden. Overdag wordt hier het auto verkeer verboden, voor burger gebruik, de post wordt getracht weer aan de gang te krijgen, als ik dit verneem schrijf ik direct naar mijn zuster Martje die in Voorburg werkzaam is, aan mijn zuster Wijke die in Castricum was logeren, en aan zwager Pieter Jellema die bij Hoorn te Berkhout woont, dat wij hier gezond en naar omstandigheden wel zijn, en dat wij zoo spoedig als mogelijk is van hun hooren. Het levensmiddelen vraagstuk is nog niet ernstig, maar er zijn zooveel "eters" bij.

Donderdag 16 mei, De scholen zijn nu de vacantie volgens afgesproken tijd afgelopen is, hier in Koudum weer begonnen. Voor de radio werd orders gegeven hoe verschillende dingen geregeld moeten worden. In de buurt gekomen hoor ik dat de Middel-Europeesche tijd is ingevoerd met de zomertijd, zoodat wij onze klokken 1 uur en 40 minuten hebben vooruit te zetten. De kinderen hebben zoodoende deze morgen een korte schooltijd gehad, en je kunt je vooral als je kinderen naar school hebt, maar bij deze regeling aansluiten. Gisteren is door de concierge van de Gemeente nog een afdruk van het Duitsche maraborium [moratorium ?] aan de Belgische en Nederlandsche regeering verspreid. Er gaan verhalen dat door Duitschers ontvreemde voorwerpen, bij klachten en juist bevinden aan de eigenaars teruggegeven worden, waarbij de dader een reprimande krijgt. Mijn broer Tjeerd is naar Makkum geweest, er blijkt in hoofdzaak alleen bij Wons gevochten te zijn, al zeer spoedig zijn de militairen per schip terug getrokken, een deel is echter wegens te weinig scheepsruimte krijgsgevangen geraakt, voor deze terugtrekking stonden autobussen klaar, van auto’s ook uit deze buurt, die daarvoor gevorderd waren. Deze chauffeurs hebben benauwde oogenblikken beleefd. Het eerste doodsbericht van een Koudumer is gistermiddag gekomen. Dominee Aalders heeft dit moeten brengen naar Harmen de Boer, dat hun zoon Lieuwe , door een kogel is gedood, deze was ook chauffeur van een gevorderde autobus.  Met angst worden volgende berichten afgewacht. Men weet niet waar men moet loopen als men geen geregelde werkzaamheden heeft, ik zei zoo pas tegen mijn vrouw, deze nacht is het nog maar een week dat de oorlog voor ons is begonnen, het lijkt wel maanden. Minke Nauta is vandaag getrouwd, een treurige trouwdag.

Vrijdag 17 mei, Deze nacht zijn de troepen vertrokken, naar gezegd wordt naar België. Gister is de eerste Leeuwarder Courant weer verschenen, even als vandaag, met maar 1 vel en van voorzichtige inhoud. Er zijn heel wat verordeningen en gedragsregels afgekondigd door de opperbevelhebber Winkelman, namens de Duitsche militaire overheid. In de namiddag met mijn vrouw naar Warns geweest, eerst in Stavoren gezien. Bij het betonbrugje naast het spoorbrugje bij het emplacement te Stavoren een drietal granaattrechters gezien groot ± 1,5 à 2 m Ø er zijn in het land achter Stavoren meerdere. De locomotiefloods, 2 huizen en de veerboot zijn ieder door een (Nederlandsche) granaat getroffen. Naar verluid zijn 3 man direct en 2 zwaargewond, die later ook zijn gestorven, van de Duitschers getroffen bij een stukje geschut bij de Meerdijk die vuurden op de Nederlandsche schepen. Thans lagen in Staveren maar ± 20 à 25 man met radioauto uitgerust. In Warns was ook geen bezetting meer. Vader leek iets beter, maar wordt steeds zwakker. Berichten van enkele Nederlandsche militairen per post gekomen.

Zaterdag 18 mei, Het gewone leven gaat weer zoo goed mogelijk zijn gang, levensmiddelen komen meer op de bon, enkele als rijst, maïzena en dergelijke alleen op medisch advies. De veehouders willen nog maar slecht aan de M.E.Tijd. Met de post bericht van mijn zusters, van Martje brief geschreven de 9de, waarbij een slot geschreven met potlood van vrijdag de 10de s’morgens 6 uur, "om 2 uur reeds D. vliegtuigen om 3½ a 4 uur (N.T.) zwaar gevuur (afweergeschut) veel ruiten stuk in Rustoord, de oudjes in de schuilkelders, verder 2 briefkaarten met alles wel en gaarne bericht." Wijke schreef de 9de een brief en de 11de, 12de, 13de, 14de briefkaarten alles wel, kon daar nog niet weg, en o zoo gaarne weten hoe het thuis is. Mijn briefkaarten zullen ze nu ook wel hebben. Verschillende militairen melden dat zij gezond en wel zijn, doch van verschillende nog geen bericht van b.v. de 11de zoodat de ongerustheid nog niet ophoud, velen hooren ook nog niets. Lieuwe de Boer, hedenmiddag op de nieuwe begraafplaats begraven. Hoorde van Johannes Hoekstra die in Warns was geweest, dat aldaar 10 Nederlandsche militairen en een burgerchauffeur waren begraven. Voor de radio worden weer verscheidene legeronderdeelen gemeld "allen gezond en wel". De "De Nederlander" [Christelijk Historisch Weekblad] kwam vandaag van de 10de en de 15de Mei , een heel verschil.

Zondag 19 mei, Deze zondag is hoe de wereld ook in brand staat voor ons oneindig veel vrediger dan die van een week geleden. Nieuws bereikt ons echter anders niet dan van Duitsche zijde.

Maandag 20 mei, Ben ik op de fiets, zoals ieder zich nu moet redden, geweest bij verschillende familieleden, van wie ik allen hoorde dat zij er hun jongens die in dienst waren ongeschonden deze korte doch ontzettende strijd overleefd hebben. Ik ben gefietst over Workum, naar Ferwoude, waar de boeren in de nacht van 10 op 11 de wegen op vele plaatsen moesten doorgraven, zij hebben die weinig meer dan 24 uur later weer moeten dichten voor de Duitsche militaire weermacht. In Gaast vernam ik vele geruchten, dat daarlangs nog verscheidene Nederlandsche soldaten, in allereil hier en daar een burgerpakje opdoende, zijn gevlucht. In Makkum was niet veel schade, de geïnundeerde landen waren voor het grootste gedeelte weer vrij van water er groeide echter nog geen spriet en lijkt wel bouwland. In Wons zijn veel huizen vooral de daken doorzeefd met geweer en mitrailleurkogels, aldaar liggen op het kerkhof de volgende Nederlanders begraven: Jan Venema, E. Dijkstra, J.Westra (van Schraard), Schelte van der Molen, G. van der Veen, J. de Frankrijker, Roelof Drukkert chauffeur van de D.A.B.O. autobus ondernemening in Drente, W. Mulder, G. Visser en Kaspersma (van Sneek). Volgens inlichtingen van mijn neef D. Burghgraaf te Schraard, schat hij het aantal gesneuvelden van Nederlandsche zijde bij Wons niet meer dan 20.

Zondag 26 mei, Gister zijn er vele militairen met groot verlof thuis gekomen. Nu zij thuis zijn en inmiddels tot rust gekomen, zijn zij blij dat het bloedvergieten hier gedaan is, maar toen de capitulatie bekend werd gemaakt en zij dus de wapens moesten neerleggen, waarmede zij zoo dapper het land hadden verdedigd is hun dit zeer moeilijk gevallen, er zijn er uitingen van verdriet gezien die deze menschen tot eer, en de verraders van ons land tot eeuwige wroeging noopen. Ook zijn gister een zestal vrachtauto’s door de Duitsche weermacht gevorderd, waarbij ongehuwde chauffeurs, deze auto’s naar Brussel moesten brengen. Gelukkig is dit nog afgelast, wel moeten ze zich 2 x per dag melden.

Woensdag 29 mei, De hiervoor genoemde vrachtauto’s zijn maandag naar Leeuwarden afgeleverd. De chauffeurs ontvingen voor hun tijdverlies, levensonderhoud enz. 12 mark naar werd gezegd. Wat de auto-eigenaars voor hun wagens krijgen, is nog niets van bekend. Het verkeer is de vorige week, ook weer hervat per trein en boot. De dienstregeling is echter zoowat alle dagen nog veranderd en dan meestal kwamen de treinen ook nog te laat aan. Het is nu zoover dat er van Leeuwarden naar Holland, 3 treinen heen en 3 terug rijden. Bussen rijden alleen van Sneek naar Kolderwolde. Volgens bericht in de couranten komt vrijwel alle levensmiddelen, schoeisel en dekking op distributie. Uit de gesprekken met de, met grootverlof komende Nederlandse soldaten, blijkt wel dat die hun Vaderland verdedigd hebben met groote moed. Er zijn jongens die beweren, grooter gevaren doorstaan te hebben van de Nederlandse burgers, in de rug, dan van de vijand. Het hemeltergende ellendige verraad in ons land moet verschrikkelijk zijn geweest. De geschiedenis zal ons, als wij beleven dat zoo iets eenmaal zonder onderscheid geopenbaard kan worden, misschien vele dingen doen begrijpen, althans iets doen verstaan. De vragen hoopen zich in ons op, over wat geschied en wat ons nog staat te wachten. Misschien ben ik te pessimistisch, maar als ik de Ned. Couranten lees, en wat de radio ons hier als nieuws geeft, dan voelt men zich van zooveel afgesloten, dat men alleen kan bidden tot God de almachtige doch Barmhartige Vader, wees ons en ons land en vorstenhuis nabij. Een reden tot groote dankbaarheid is, dat zoover bekend geen Koudumer militair is vermist of gesneuveld.  Er is heden bij het Roode Klif het lijk aangespoeld van een Ned. Zeeofficier afkomstig van Zevenhuizen, zoon van een predikant, er blijkt nu dat de monitor "Friso" die zondag 12 Mei Stavoren heeft beschoten, een of twee dagen later door een vliegtuigbom is getroffen en gezonken, waarbij enkele dooden en gewonden zijn te betreuren geweest.

Vrijdag 31 mei, Bijna elke nacht trekken hier vliegtuigen over. De distributie wordt over verschillende artikels uitgebreid. De brandstof is vandaag gedistribueerd. Ons gezin kreeg 4 bonnen, voor elke bon de keuze tusschen 1 liter petroleum of 20 briketten of 20 baggelaarturf, deze hoeveelheid geld tot 8 juni. Er gaan verschillende geruchten dat veel uit onze ongetwijfeld groote voorraden, over de oostgrens gaat. De Pers spreekt alleen van zeer goede oogstverwachtingen. Maar de minimumprijzen die waren vastgesteld voor de groenteveilingen, zoodat "draaide deze door" de zaak naar het aschland ging, is al anders. Er zijn nu reeds maximumprijzen vastgesteld, voor ons misschien ook wel goed, maar anders moest Duitschland er waarschijnlijk ook te duur aan.