27 juni 1942, de begrafenis van John Arthur Whittingham

In de nacht van 26 juni 1942 om achttien minuten voor een, boven het IJsselmeer ten zuiden van Gaasterland, loste een Duitse nachtjager een salvo op een Engels toestel dat met bommen onderweg was naar Bremen. Flying officer John Arthur Whittingham dirigeerde zijn zwaar beschadigde Halifax naar het vasteland om zijn mannen de gelegenheid te geven te springen. Ze landden veilig aan hun parachutes in Bakhuizen en omgeving. Maar Whittingham wachtte met springen tot het toestel al voorbij Staveren was en kort voor zijn sprong het bommenruim van de Halifax was geëxplodeerd, aldus Jan van der Veer (1929-1996) in zijn fraai geschreven De Luchtoorlog boven Zuidwest-Friesland, waarvan de eerste druk verscheen in 1969. Het hoofstuk over deze crash heet "Zijn leven voor zijn vrienden".[1]

Wat er zich in die benauwde minuten heeft afgespeeld zullen we nooit weten.[2] Het is denkbaar dat Whittingham heeft geprobeerd het toestel aan de grond te zetten, omdat een van zijn mensen, RAF reservist sergeant Harold Dronfield, nog aan boord was. Het laatste noemt Van der Veer niet maar wordt duidelijk uit een feitenrelaas van Jan Geert Vogelzang, die goed op de hoogte lijkt te zijn.[3] Pas na de explosie waagde Whittingham de sprong, maar toen was het al te laat. Het toestel had teveel hoogte verloren. Zijn parachute opende te laat. Het vliegtuig is met de nog altijd vermiste Harold Dronfield in het IJsselmeer gestort. De reddingsboot van Hindeloopen voer uit om te zoeken naar overlevenden. Tevergeefs. Er lag een grote plas brandstof op het water en her en der dreven kleine overblijfsels zoals een pomp voor het opblazen van een reddingsboot. Van der Veer schrijft over het lot van Whitingham:

Toen het de volgende morgen licht werd, vond men aan de slootkant, vlak bij de zeedijk, temidden van zuring en madeliefjes, het lijk van John Whittingham. De gelaatsuitdrukking van de dode was vredig en ontspannen en het stoffelijk overschot vertoonde nauwelijks sporen van geweld. Hij lag daar in de vroege zomermorgen, met de hand aan de trekring van zijn parachute. De bundel witte zijde had zich nog maar half uit het pak losgemaakt. Zijn polshorloge was blijven stilstaan op kwart voor één, het moment waarop hij was opgeroepen om zijn Schepper te ontmoeten… Behoedzame handen namen het stoffelijk overschot op en brachten het naar Koudum.[4]

Whittingham was neergekomen in het hooiland van veehouder Pieter de Jong, die toen boer was op het huidige adres Noardermar 14 en in wiens land Whittingham werd gevonden. De Jongs destijds twaalfjarige dochter Hittje (1930-2024), stuurde omstreeks 2012 een kort briefje naar Histoarysk Koudum over haar herinnering aan het voorval:

Een Engels vliegtuig dat een bombardementsvlucht naar Duitsland maakte werd uit de lucht geschoten door een Duitse nachtjager. De Piloot heeft de val niet overleefd, doordat hij al te laag vloog en de parachute niet meer goed open ging. [Hij] kwam in ons land terecht.
Al gauw waren Duitse soldaten ter plaatse, die dichtbij in een bunker in de zeedijk verbleven. Ze sneden zijn kleren kapot, op zoek naar wat voor hen waarde had en namen alles mee.
Mijn vader en broers en anderen waren daar met het gemaaide hooi bezig, maar moesten er heel wat meters vandaan blijven, en op die afstand heb ik ook gestaan.
Later kwamen Willem de Boer e.a. met een bootje langs de Dijksvaart en hebben de verongelukte piloot opgehaald en naar Koudum vervoerd.
De Duitsers kwamen later nog bij ons voor huiszoeking, omdat de piloot een laars miste, maar die moet hij al eerder verloren hebben.[5]

De bunker in de zeedijk is een nog altijd bestaande herinnering aan de Duitse bezetting van ons land. Jan Vogelzang weet blijkbaar wat de Duitsers die daar de wacht hielden aantroffen op het lichaam van Whittingham: ‘een kleine leren portefeuille met familiefoto’s en familiebrieven; drie Engelse bankbiljetten en een cheque; een kapot vulpotlood; een armbandhorloge, een beetje zilvergeld; een blikken doos met papiergeld en meerdere kleine sleutels.’[6]

De gevonden luchtpomp en een van zijn laarzen uitgedaan; heeft hij getwijfeld tussen een landing op het water en springen? Hoe dat ook zij, Willem de Boer die belast was met het ophalen van de stoffelijk overschot werkte in de buitendienst van de gemeente Hemelumer Oldephaert en Noordwolde. Het is niet duidelijk waarom Whittingham niet in Molkwerum maar in Koudum is begraven. De begrafenis was een ontroerende gebeurtenis, door Jan van der Veer met veel gevoel beschreven:

Op zaterdag 27 juni, 's morgens om negen uur, werd het stoffelijk overschot van Flving Officer Whittingham met militaire eer ter aarde besteld op de nieuwe begraafplaats te Koudum. De hervormde predikant, ds. Aalders, las de 23ste Psalm in het Engels: „The Lord is my Shepherd, l shall not lack...” Na de toespraak werd het Onze Vader in het Engels gebeden, daarna werd de kist in de groeve neergelaten. Het Duitse vuurpeloton, dat de militaire eerbewijzen zou verrichten, was te laat. In plaats hiervan vuurde de politie de salvo’s over het open graf af. En toen volgde het indrukwekkende, geheel spontane défilé van de burgers langs het graf, dat bedolven werd onder een regen van bloemen: oranje lelies, vergeetmijnietjes, viooltjes. Het was een ontroerend eerbewijs aan de dode. Het was een stil. maar des te meer welsprekend protest tegen de bezetter en een demonstratie van hoop op de toekomst. Een toekomst, die mogelijk zou worden dankzij mensen als John Arthur Whittingham. [7]

John Arthus Whittingham (1914-1942) John Arthur Whittingham (1914-1942).

Precies een week later werden naast het graf van Whittingham nog drie geallieerde vliegeniers bijgezet. Zij kwamen om toen hun Hampden crashte op een paar honderd meter van de begraafplaats. Van der Veer liet zich ook over dit ongeluk uitgebreid informeren, onder andere door ooggetuigen en betrokkenen bij de begrafenis. Om een nieuwe manifestatie van verzet te voorkomen werden bij deze gelegenheid geen burgers toegelaten, maar die kwamen alsnog, zoals Van der Veer schrijft:

De Koudumers wachtten rustig af tot de begrafenis was afgelopen en het vuurpeloton was vertrokken. Toen er geen Moffenlaarzen meer over de paden van de begraafplaats stampten en de laatste vertegenwoordiger van het Herrenvolk was verdwenen, toen kwamen ze. Er werd niets gezegd, maar zoveel temeer gedacht. Ze defileerden in stilte langs de verse graven. Het regende bloemen op het uitgegraven zand, totdat dat zand niet meer te zien was onder de bloemenweelde. Het was de laatste hulde, indrukwekkend in haar stilzwijgendheid. Lang bleven de bloemen daar liggen en vaak verschenen er door geheimzinnige hand nieuwe bloemen op de graven.[8]

‘In everloving memory of a dear and only son’, staat in kapitalen op zijn grafsteen. John Arthur Whittingham is geboren in 1914. Zijn ouders zijn John Edmund en Lilian Ellen Whittingham, geboren Watson, die trouwden in 1912 te Purley, waar ze nog woonden in 1921. De Whittinghams waren niet afkomstig uit Putney, Londen, zoals op diverse elkaar kennelijk naschrijvende websites staat vermeld. Althans in Putney zijn geen gegevens aangetroffen. Uit een index van wilsbeschikkingen uit 1943 blijkt dat Hall Cottage, Wormingford, Essex John’s domicilie was. Zijn moeder Lilian Ellen Whittingham is de begunstigde, als weduwe. Vader overleed waarschijnlijk al voor 1939 want al in dat jaar staat Lilian Ellen geregistreerd te Wormingford. John Arthur had een zuster genaamd Joan Edith, die anderhalf jaar ouder was.[9] Haar dochter Yvonne bezocht de begraafplaats in Koudum en plaatste in 2015 de foto van haar oom op de website findagrave.com.[10]

Jan de Vries, 6 april 2025.

[1] Jan J. van der Veer, De Luchtoorlog boven Zuidwest-Friesland 1940-1945, tweede druk (Bolsward: A. J. Osinga, 1977) 85-86. Zie over Van der Veer: “Jan J. van der Veer over zichzelf; de luchtoorlog en Nijega H.O.N.”, beschikbaar op: gaasterlandinwo2.nl/onderduikavonturen-en-bevrijding-in-nijega-h-o-n.

[2] De Britse film One of our aircraft is missing, uit 1942 geeft een indruk van de evacuatie van een neerstortende bommenwerper. Met dank aan Neil Robson die mij tipte over deze film.

[3] Jan Geert Vogelzang, “Vrijdag 26 juni 1942”, beschikbaar op: gaasterlandinwo2.nl/het-jaar-1942/. Geraadpleegd 6 april 2025; “Sergeant Harold Dronfield (1107042) of the Royal Air Force volunteer reserve”, beschikbaar op: rafcommands.com/database/wardead/details.php?qnum=69092.

[4] Van der Veer, Luchtoorlog, 86.

[5] Hittje Huitema-De Jong aan Ulfert de Jong, ongedateerd, Histoarysk Koudum, doos 105.

[6] Vogelzang, “Vrijdag 26 juni 1942”.

[7] Van der Veer, Luchtoorlog, 88.

[8] Van der Veer, Luchtoorlog, 102.

[9] Met dank aan Sofia Akram, Senior Library and Archive Assistant van Wandsworth Libraries & Heritage Service.

[10] “John Arthur Whittingham”, beschikbaar op: nl.findagrave.com/memorial/13793978/john-arthur-whittingham.